>>terug<<
Columns

Ik ben nog nooit naar Cannes geweest.

Ik werk 25 jaar in de reclame en ben nog nooit naar Cannes geweest. Als collega’s het horen kijken ze me aan alsof ik een ziekte heb.
“Jij nog nooit naar Cannes geweest?”
Nee.
“Mocht je niet?”
Jawel.
“Waarom ging je dan niet?”
Ja, waarom ging ik niet. Angst? Narigheid? Mensenvrees? Geen zin om € 12,50 voor een pilsje te betalen? Geen interesse?
“We zitten er altijd met een heleboel gezellige mensen!”
Ik heb teveel collega’s naar Cannes zien vertrekken om daar, op kosten van de baas, een week lang hun gedroomde zelf uit te hangen. Champagneparty’s, lunches met kreeft, cocktailfeesten, zwembadexcessen, waanzinnige neukpartijen. Ook nog een film gezien? Geen tijd voor. Altijd kwamen ze uitgewoond terug, ik sprak keurige dames die amper nog konden lopen, om vervolgens met grote tegenzin het grauwe bestaan van alledag weer op te pakken. Maandenlang werd nog nageluld over Cannes. Terecht. Het was de mooiste week van hun leven en zal dat blijven tot ver na hun geruisloze vertrek uit het vak.
Begrijp me goed, als je werk in Cannes genomineerd of bekroond wordt, heb je er alles te zoeken. Klant, iedereen die aan dat succes heeft meegewerkt. Geen probleem. Maar de anderen, en dat zijn er nogal wat, zijn voornamelijk meelifters, wannabees, profiteurs, opportunisten. Werk van mij is nog nooit in Cannes genomineerd of bekroond, en in de andere categoriën wil ik niet vallen. Misschien verklaart dat waarom ik er nog nooit ben geweest.
Cannes. Je hoeft niks in te zenden, je hoeft er niks te winnen, je moet er gezien worden, dan heb je de prijs al binnen. Het zou de tekst van een liedje kunnen zijn. Het oude liedje. En dat interesseert me niet.


De ideale klant

De bureau’s waarbij ik heb gewerkt waren zonder uitzondering de meest ideale voor hun klanten. Daarin verschilden ze niet van hun concurrenten. Maar hadden zij klanten die ideaal waren? Bestaat de ideale klant?
Ik heb drie keer een ideale klant gehad. Zo’n klant bestaat. Ze hadden niet de bedoeling het te zijn, maar waren het. Ze stelden hoge eisen,  veel hoger dan vervelende klanten, maar waren zo coöperatief dat het een feest was aan die eisen te voldoen.

(meer....)

Ik wil geen namen noemen. Ik had te maken met een hoofdredacteur, twee vrouwen en een man. De ideale mix voor elke copywriter.
De hoofdredacteur heb ik even ontmoet, hij was degene die de tekst goedkeurde waarvoor ik de copyprijs kreeg. De eerste en laatste tekst die ik schreef waaraan geen komma werd veranderd. Ik voelde mij vereerd. Ik vond reclame opeens leuk.
Later kwamen de ideale vrouwen plus de man. In twee totaal verschillende branches.
Wat was het? Vertrouwen in elkaar, een persoonlijke klik, wederzijdse interesse die verder gaat dan het vak alleen, gevoel voor humor, vooral gevoel voor humor, begrip voor elkaars posities, waardering voor elkaars werk, kennis van elkaars organisaties en vooral de lol om met elkaar aan tafel te zitten om de dingen te gaan doen die je had afgesproken.
Het was een feest, de samenwerking. Zo kan het dus ook. Met de ene wonnen we een Effie, met de andere deden we een aantal succesvolle introducties.
Ideale klanten.
En dan wordt een dure nono aangenomen die voor veel geld dingen anders gaat doen. Een manager. Met ervaring bij een multi-national. Vanwege de vooruitgang. Of net van de HAVO. Vanwege de vernieuwing.
Mijn ideale klanten zijn goed terechtgekomen. De manager-met-ervaring  is horizontaal weggepromoveerd. Van het HAVO-mannetje is nooit meer iets vernomen.

(minder...)

Het Gort Mysterie

Ilja Gort heeft een thriller geschreven, Het Merlot Mysterie. Deze week nummer 2 in de HP/De Tijd boeken top-10. Ik heb geprobeerd het boek te lezen maar zal nog een tweede poging doen. De eerste liep vast in een drek van lolligheid die moeizaam van de pagina’s afdroop. Van de eerste tien in elk geval.
Hoewel dit al zijn vierde of vijfde boek is, is Ilja Gort geen schrijver, erkent hij ook zelf op zijn site. Hij is wijnboer. Schrijven vindt hij ‘gewoon leuk’.

(meer....)

De Nederlandse reclamewereld kent hem als jingleboer. Sommige bureau’s kennen hem als geldwolf. Velen kennen hem als ex-vriend. “Ik heb vanavond een afspraak met een vriend om te kijken of hij inderdaad nog een vriend is”, zei hij me jaren geleden. Ik vatte dat op als een understatement, maar het was de nuchtere werkelijkheid.
Wat is Ilja Gort nou eigenlijk?
Naast alle andere kwalificaties vooral een fulltime publiciteitsgeilaard. Die, liever nog dan wijn en boeken, zichzelf verkoopt. Hij heeft op een goede dag zichzelf tot merk verklaard en een merk moet bekend zijn, anders bestaat het niet.
Bekend worden via anderen, via Jan Cremer bijvoorbeeld, ligt hem niet. Of beter gezegd: lag Jan Cremer niet. Cremer ontwierp het etiket van Gort’s eerste rosé, Tulipe de la Garde. Toen bleek dat die exclusief aan Albert Heijn werd verkocht, haakte Cremer af. Een Cremer wil niet te koop liggen bij de Appie. Dus tekende Ilja’s zoon Klaas een soortgelijke tulp die nu Gort’s flesjes rosé siert. Wat zou je met een Cremer goede sier maken als dat ook met een Gort kan?
Op de kurk staat ‘Leven als Gort in Frankrijk’. Zo ongeveer heten ook zijn eerste twee boeken. Als je bekend wilt worden, mag je de woordspeling niet schuwen, zelfs niet de meest afschuwelijke. Met deze vondst lijkt hij alle schaamte van zich af te hebben geworpen.
Hij slaagde er in bij driesterrenkok Jonnie Boer op schoot te kruipen en hup daar was weer een boekje waarmee hij de landelijke pers haalde. Hij verzekerde zijn neus voor vijf miljoen en zat, weliswaar een beetje voor jan lul want wat is nou helemaal een verzekerde neus, bij Pauw & Witteman. En nu scheidt hij ‘de eerste wijnthriller ter wereld’ af. Als het beestje maar een verkoopbare naam heeft.
Op de achtergrond verhandelt hij wijn, dat zou je bijna vergeten. In november komt hij met een ‘rosé met prik’, vertelde hij op de radio. Goh, wat leuk, zo vlak voor oud en nieuw.
Laat ik eerlijk zijn: ik sta er met bewondering naar te kijken. Vol verbazing ook. Ilja doet het voor zichzelf beter dan enig reclamebureau voor hem had kunnen doen. Wat is nou 20.000 euro premie voor een neus van vijf miljoen plus een plekje bij P&W als je weet dat één commerial in het Sterblok het dubbele kost?
Ik maak me ook zorgen, want waar houdt dit op? Op een goed moment valt de façade en krijgen we het echte boek te lezen. Het Gort Mysterie.
Geen literaire hoogvlieger, maar vast een onverbiddelijke kippenveller.

(minder...)

 

 


Mail: fred@dewoorden.nl, tel: 0620 966 446